Een echt partnerschap tussen de verschillende bestuursniveaus is essentieel voor het vaststellen van de prioriteiten en voor gerichte, doeltreffende investeringen in heel Europa
De voltallige vergadering van het Europees Comité van de Regio’s (CvdR) heeft zijn goedkeuring gehecht aan een advies over de daadwerkelijke betrokkenheid van lokale en regionale overheden bij de cohesiebeleidsprogramma’s voor de periode 2021-27, opgesteld door Juraj Droba (SK/ECR), voorzitter van het regiobestuur van Bratislava. In dit advies dringen de CvdR-leden aan op volledige eerbiediging en toepassing van het partnerschapsbeginsel in het kader van de nieuwe instrumenten die in het kader van NextGenerationEU worden gefinancierd, zoals het Fonds voor een rechtvaardige transitie en de faciliteit voor herstel en veerkracht.
Met een totaalbedrag van 392 miljard euro voor de periode 2021-2027 is het cohesiebeleid het belangrijkste investeringsbeleid van de Europese Unie. Partnerschapsovereenkomsten en operationele programma’s vormen de hoeksteen van het cohesiebeleid, aangezien de lidstaten daarin hun strategieën uiteenzetten voor de manier waarop ze de structuurfondsen willen gebruiken om de economische, sociale en territoriale cohesie te versterken door de verschillen tussen de regio’s te verkleinen. Om ervoor te zorgen dat het cohesiebeleid daadwerkelijk tegemoetkomt aan de lokale behoeften van de burgers, is het van het grootste belang dat de lokale en regionale overheden, de sociaal-economische partners en het maatschappelijk middenveld volwaardig worden betrokken bij alle stadia van de voorbereiding en uitvoering van deze cruciale documenten.
Juraj Droba (SK/ECR), voorzitter van het regiobestuur van Bratislava en rapporteur voor het advies , zei: “ Het is cruciaal dat de lokale en regionale overheden bij de onderhandelingen over de nieuwe programmeringsperiode op EU-niveau worden betrokken. De regionale dimensie en solide gegevens ontbreken vaak in de discussies tussen regeringen en de Europese Commissie. Daarom moet de stem van de regio’s en steden luider klinken. ”
Het advies bouwt voort op de resultaten van een recente studie in opdracht van het CvdR waaruit blijkt dat de betrokkenheid van de partners bij de voorbereiding van de nieuwe programmeringsperiode 2021-27 slechts licht is verbeterd ten opzichte van de vorige periode 2014-2020. De studie wijst uit dat het potentieel van partnerschappen in een aantal landen nog steeds onvoldoende benut wordt, en dat de directe inbreng van lokale en regionale overheden in alle fasen van de programmeringsperioden soms nog tekortschiet.
Lokale en regionale leiders dringen aan op volledige toepassing van de partnerschapsbeginselen in het kader van nieuwe instrumenten zoals het mechanisme voor een rechtvaardige transitie en de faciliteit voor herstel en veerkracht die worden gefinancierd in het kader van NextGenerationEU , het herstelplan voor Europa. Bovendien wijzen zij op de grote gevolgen van de faciliteit voor herstel en veerkracht voor het cohesiebeleid en op het risico van mogelijke overlappingen en inconsistenties tussen deze instrumenten waardoor de doeltreffendheid van de EU-investeringen zou worden ondermijnd.
Verschillen in de timing van de opstelling van nationale plannen voor herstel en veerkracht en partnerschapsovereenkomsten kunnen in sommige gevallen een doeltreffende institutionele coördinatie belemmeren en het zoeken naar synergieën bemoeilijken. Het feit dat financiering in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht mogelijk voorrang zal krijgen op het cohesiebeleid, als gevolg van de druk die wordt uitgeoefend om de middelen van de faciliteit snel te benutten, kan ertoe leiden dat de programmering en het gebruik van de middelen voor het cohesiebeleid voor 2021-27 minder aandacht krijgen, waardoor verdere vertragingen in de benutting van de cohesiemiddelen ontstaan. Het CvdR dringt er daarom op aan dat de belangrijkste strategische documenten voor de nieuwe programmeringsperiode onverwijld worden goedgekeurd, zodat de tenuitvoerlegging zo spoedig mogelijk van start kan gaan.
De lokale en regionale politici waarschuwen bovendien voor tendensen tot centralisatie bij de programmering en uitvoering van de structuurfondsen als gevolg van de pandemie en het feit dat de twee programmeringsperioden parallel lopen (middelen uit de programma’s van 2014-2020 kunnen uiterlijk in 2023 nog besteed worden).
Het CvdR vindt dat de Europese Commissie nauwlettend dient toe te zien op de toepassing van het partnerschapsbeginsel, zowel in informele onderhandelingen met de lidstaten als bij de beoordeling van ontwerpteksten voor partnerschapsovereenkomsten en operationele programma’s, en dat zij aanbevelingen aan de lidstaten en de betrokken overheden zou moeten doen ter verbetering van de partnerschapsprocessen.
Achtergrond:
De CvdR-zitting vindt plaats tijdens de 19e Europese Week van regio’s en steden , die gezamenlijk door het CvdR en de Europese Commissie wordt georganiseerd van 11 tot en met 14 oktober. De uitvoering van het nieuwe cohesiebeleid 2021-2027 zal ook worden besproken tijdens een gezamenlijke vergadering van de Commissie regionale ontwikkeling ( REGI ) van het Europees Parlement en de commissie Territoriale Samenhang en EU-begroting ( COTER ) van het CvdR, waaraan wordt deelgenomen door commissaris voor Cohesie en Hervormingen Elisa Ferreira. De vergadering kan hier worden gevolgd.
Door de gevolgen van de COVID-19-pandemie hebben de volledige inwerkingtreding van de nieuwe wetgeving inzake het cohesiebeleid en de indiening van partnerschapsovereenkomsten door de lidstaten bij de Europese Commissie vertraging opgelopen. De verordeningen voor de periode 2021-27 zijn op 1 juli 2021 in werking getreden, en tot dusver is alleen de Griekse partnerschapsovereenkomst door de Commissie goedgekeurd .
Contactpersoon:
Matteo Miglietta
Tel. +32 (0)470 895 382
matteo.miglietta@cor.europa.eu