Klik hier voor een automatische vertaling van onderstaande tekst.
Hormoonontregelende stoffen: Europese regio's roepen op tot betrouwbare informatie en een strategie om burger en milieu te beschermen  

Twee maanden na de resolutie van het Europees Parlement over de negatieve gevolgen van een aantal chemische stoffen die bij de productie van levensmiddelen en cosmetica in de EU worden gebruikt, roepen lokale en regionale vertegenwoordigers de Europese Commissie op om de bescherming tegen gevaarlijke chemicaliën te verbeteren. Studies hebben aangetoond dat hormoonverstorende stoffen de werking van de hormoonhuishouding aantasten, wat leidt tot onvruchtbaarheid, obesitas en kanker. Bij kinderen worden ze steeds vaker geassocieerd met autisme en andere ziekten.

Aangezien de lokale en regionale overheden in de meeste EU-lidstaten verantwoordelijk zijn voor de gezondheidszorg, zijn zij ook verplicht om voor het welzijn van hun burgers te zorgen en een standpunt in te nemen over hormoonontregelaars. Volgens het Europees Comité van de Regio's (CvdR) besteedt de Europese Commissie in haar antwoord op hormoonontregelende stoffen onvoldoende aandacht aan gezondheidsrisico's en biedt zij geen voldoende solide kader voor het omgaan met deze chemische stoffen in de hele EU-wetgeving. Er is geen concreet actieplan of tijdschema om op dit gebied vooruitgang te boeken. Uno Silberg (EE/EA) , rapporteur voor het advies "Een alomvattend EU-kader voor hormoonontregelende stoffen" , benadrukte de noodzaak van preventieve maatregelen.

"Hormoonontregelende stoffen hebben verwoestende gevolgen op de lange termijn, niet alleen voor de volksgezondheid maar ook voor de flora en fauna. Hoewel dit soort stoffen op grote schaal voorkomen, zijn de burgers zich nauwelijks bewust van de risico's ervan. We moeten actie ondernemen om daarin verandering te brengen en op alle niveaus gecoördineerde maatregelen treffen om de volksgezondheid voorop te stellen, met inachtneming van de belangen van consumenten en het bedrijfsleven", aldus de rapporteur, voorzitter van de gemeenteraad van Kose (Estland).

Er zijn momenteel ongeveer 800 chemische stoffen met bewezen of vermoede effecten op het hormoonsysteem. In onderzoeken worden de jaarlijkse gezondheidskosten door blootstelling aan hormoonontregelende stoffen op 163 miljard euro (1,28 % van het bbp van de EU) geraamd. Hormoonontregelaars zijn meestal te vinden in blikken en zakjes om voedsel in te bewaren, maar ook in plasticfolie en plastic verpakkingen. Ze zijn ook te vinden in speelgoed, cosmetica, voedselverpakkingen, pesticiden en zelfs meubels.

In het advies wordt benadrukt dat de Europese burgers betrouwbare informatie moeten krijgen, in gepaste vorm en begrijpelijke taal, over de risico's en gevolgen van hormoonverstorende stoffen. Tegelijkertijd wordt voorgesteld een nieuwe, geactualiseerde definitie van hormoonontregelende stoffen te introduceren.

Lokale en regionale gekozen vertegenwoordigers dringen aan op meer middelen voor onafhankelijk, door de overheid gefinancierd onderzoek naar hormoonontregelende stoffen, niet-schadelijke alternatieven en andere innovatieve oplossingen. Zij wijzen ook op het potentiële conflict tussen een hoog beschermingsniveau voor burgers en het winstoogmerk van bedrijven.

Volgens het CvdR dienen hormoonontregelende stoffen te worden beschouwd als stoffen waarvoor geen "veilige drempel" bestaat, wat betekent dat elke blootstelling eraan een risico kan inhouden, met name tijdens de kritieke ontwikkelingsstadia (foetaal, postnataal en puberteit). Ook is er weinig bekend over het gecombineerde effect van hormoonontregelaars.

Achtergrond

Hormoonontregelende stoffen zijn chemische stoffen die de hormoonhuishouding ontregelen en negatieve gevolgen hebben voor de gezondheid van mensen en dieren. Deze stoffen kunnen synthetisch of natuurlijk zijn. Hormoonontregelende stoffen vallen terug te leiden tot verschillende bronnen, zoals residuen van bestrijdingsmiddelen of consumentenproducten die in het dagelijks leven worden gebruikt of aanwezig zijn. Blootstelling aan deze stoffen kan kanker, obesitas, diabetes, een verminderde intelligentie, verminderde motorische vaardigheden, zwakkere leerprestaties en onvruchtbaarheid veroorzaken.

Hormoonontregelaars zijn onder meer te vinden in voedselverpakkingen, huidverzorgingsproducten, cosmetica, bouwmaterialen, elektronische apparaten, meubels, vloeren en speelgoed. Om groente- en fruitgewassen te beschermen, worden deze stoffen toegevoegd aan de pesticiden en herbiciden die als sproeimiddelen worden gebruikt.

De reden voor de groeiende belangstelling voor hormoonontregelaars is de alarmerende toename van ziektes bij de mens waar stofwisselingsstoornissen in belangrijke mate aan ten grondslag kunnen liggen, en de waarneming van stofwisselingsstoornissen bij proefdieren en dieren die in het milieu aan deze stoffen worden blootgesteld.

Op EU-niveau wordt al sinds 1996 over hormoonontregelaars gesproken. Nadat het Europees Parlement in 1998 zijn resolutie over hormoonontregelaars had gepubliceerd, keurde de Commissie in 1999 een communautaire strategie voor hormoonontregelaars goed, waaraan uitvoering is gegeven aan de hand van maatregelen op het gebied van onderzoek, regelgeving en internationale samenwerking. In juli 2018 kwam de Commissie met een nieuwe strategie om de effecten van hormoonontregelaars te bestrijden. Daarnaast werd opdracht gegeven voor een studie over de huidige wetgeving op dit gebied. Onder verwijzing naar de strategie heeft het Europees Parlement resoluties aangenomen (2019/2683 (RSP)) waarin wordt opgeroepen tot de totstandbrenging van een "alomvattend EU-kader voor hormoonontregelende stoffen".

De EU steunt het onderzoek naar hormoonontregelaars. Zij heeft meer dan 50 projecten gefinancierd, waarvoor meer dan 150 miljoen euro uit de verschillende kaderprogramma's voor onderzoek en innovatie beschikbaar is gesteld. Nog eens 52 miljoen euro uit het programma Horizon 2020 is toegewezen aan projecten voor onderzoek en screening.

Voorts heeft de EU regelgeving vastgesteld om de burgers en het milieu tegen de gevolgen van hormoonontregelaars te beschermen. Met name zijn er in wetgeving inzake pesticiden en biociden , chemische stoffen in het algemeen (de Reach-verordening) , medische hulpmiddelen en water specifieke bepalingen opgenomen voor het omgaan met hormoonontregelende stoffen. Op het gebied van materialen die in contact komen met levensmiddelen , cosmetica , speelgoed en de bescherming van werknemers op de werkplek zijn stoffen met hormoonontregelende eigenschappen bovendien aan individuele regelgeving onderworpen. Als gevolg daarvan zijn veel stoffen met hormoonontregelende eigenschappen verboden of is de blootstelling aan hormoonontregelaars, voor zover technisch en praktisch haalbaar, tot een minimum beperkt.

Meer informatie

Resolutie van het Europees Parlement van 18 april "Een alomvattend EU-kader voor hormoonontregelende stoffen"

Door het Europees Parlement bestelde studies over hormoonontregelende stoffen , "Endocrine Disruptors, From scientific evidence to human health protection policy", april 2019

"Endocrine disruptors: An overview of latest developments at European level in the context of plant protection products" (studie, april 2019)

"EU policy and legislation on chemicals: Overview, with a focus on REACH" (analyse, december 2016)

"European Chemicals Agency: Role and governance" (informatieve nota, augustus 2017)

Contactpersoon:

Wioletta Wojewódzka

tel. +32 2 282 22 89

wioletta.wojewodzka@cor.europa.eu

Delen :