Vijf vragen aan Piotr Całbecki (PL/EVP), voorzitter van het bestuur van de Poolse regio Kujawië-Pommeren, over watermanagement in de context van de COVID-19-pandemie en de onverminderde opwarming van de aarde. Całbecki, rapporteur voor het CvdR-advies over de geschiktheidscontrole van de kaderrichtlijn water en de richtlijn overstromingen pleit voor een andere aanpak met als doel circulariteit en duurzaamheid centraal te stellen bij het gebruik van natuurlijke hulpbronnen en met name water door de mens. Tijdens de volgende vergadering van de CvdR-commissie ENVE op 8 juni zal over de ontwerpversie van dit advies worden gestemd. Vervolgens zal het tijdens de plenaire zitting van het CvdR op 1 en 2 juli worden behandeld in het kader van een debat met prominenten over de Europese Green Deal.
Kunt u ons als rapporteur voor de kaderrichtlijn water vertellen waarom die richtlijn voor de EU en de Europese regio’s en steden belangrijk is? Wat vindt u van de uitvoering van deze richtlijn, 20 jaar na de inwerkingtreding ervan, en welke lessen kunnen we trekken?
De kaderrichtlijn water heeft heel positieve effecten gehad. Niet alleen is de milieutoestand van zoetwater- en kustecosystemen in Europa erdoor verbeterd, maar dankzij de richtlijn is ook het milieubewustzijn in de samenleving gegroeid. Maar nu, 20 jaar na de inwerkingtreding ervan, doen zich nieuwe uitdagingen voor en zijn nieuwe oplossingen nodig. Nieuwe uitdagingen zijn onder meer de steeds duidelijkere symptomen van de opwarming van de aarde evenals de dringende noodzaak om werk te maken van de Europese Green Deal en een nieuwe strategie om de circulaire en bio-economie te stimuleren. Allereerst is er een andere aanpak nodig waardoor de dreigingen van droogte kunnen worden aangegrepen om mogelijkheden te realiseren, te beginnen met de integratie van de kaderrichtlijn water en de richtlijn overstromingen. Verder is het zaak innovatieve oplossingen te bevorderen en de kansen te benutten die de ecohydrologie en natuurlijke oplossingen te bieden hebben. Dat levert doeltreffende instrumenten op, vooral om intermediaire effecten in te dammen, zoals verontreiniging door diffuse agrarische en stedelijke bronnen, die verantwoordelijk zijn voor zo’n 50 % van de vervuiling in sommige stroomgebieden.
U bent voorzitter van het bestuur van de Poolse regio Kujawië-Pommeren. Ook in uw land vormen waterschaarste en droogte een steeds groter probleem. Hoe belangrijk is het om het regionaal en lokaal bestuur bij het watermanagement te betrekken?
De regio Kujawië-Pommeren is een van de regio’s in Polen met heel diverse watervoorraden. Toch worden ook wij geconfronteerd met problemen die we dringend moeten oplossen. Het waterpeil van de rivier de Wisła is dramatisch gedaald vanwege de droogte in de afgelopen jaren. De intensieve landbouw in het zuiden van de regio kampt met waterschaarste, die leidt tot bodemerosie, diffuse verontreiniging van meren en rivieren, en een afname van de duurzaamheid op de lange termijn. Maar de uitgestrekte natuurlijke bossen en meren in het noorden van de regio kennen een enorm rijke biodiversiteit. Als regiobestuurder afgestudeerd in het herstel van meren weet ik maar al te goed hoe belangrijk lokale en regionale overheden zijn voor het watermanagement. Zij zijn het beste in staat om de specifieke problemen van elk gebied en elke gemeenschap in kaart te brengen, maar kunnen ook beter dan andere overheden op maat gesneden beleid ontwikkelen dat met lokale kenmerken rekening houdt.
De klimaatverandering en de COVID-19-pandemie hebben grote gevolgen voor de watervoorraden, de waterdiensten en de watervoorziening in heel Europa en de rest van de wereld. Hoe kan ervoor worden gezorgd dat iedereen toegang heeft tot schoon water van goede kwaliteit?
We moeten de manier waarop we met de natuur omgaan, veranderen. We moeten af van onze ingebakken neiging om natuurlijke hulpbronnen blind en ongecontroleerd te gebruiken, niet in de laatste plaats omdat we de natuur ook constant vervuilen met afval en andere schadelijke stoffen. We moeten een ecosysteembenadering ontwikkelen en omarmen die circulariteit centraal stelt bij ons gebruik van natuurlijke hulpbronnen en in het bijzonder water. Duurzaam watermanagement is niet mogelijk zonder een verantwoorde en inclusieve besluitvorming die garandeert dat iedereen toegang heeft tot schoon water.
Met uw advies levert u ook een bijdrage aan het actieplan om de vervuiling van lucht, water en bodem tot nul terug te brengen, dat de Europese Commissie volgend jaar zal presenteren. Wat is in dit verband uw belangrijkste boodschap?
Dat we op een andere manier met de natuur moeten omgaan en dus milieuvriendelijk beleid moeten ontwikkelen. We leven in het Antropoceen, een tijdperk waarin de menselijke activiteit van doorslaggevende invloed is op milieu en klimaat. Daarom moeten we allemaal verantwoordelijke besluitvormers worden. Zullen we de natuur schade blijven berokkenen en zo de menselijke beschaving direct in gevaar brengen? Of zullen we leren om op een duurzame manier met hulpbronnen om te gaan? We hebben nu de kans om de overstap te maken naar een circulaire, milieuvriendelijke economie waarin we water en andere vitale hulpbronnen op duurzame wijze gebruiken. Het actieplan om een eind te maken aan lucht-, water- en bodemverontreiniging speelt daarbij een sleutelrol.
Uw advies gaat over de uitdagingen die samenhangen met overstromingen, watervervuiling en de milieugevolgen van menselijke activiteiten. Welke instrumenten hebben lokale en regionale overheden nodig om deze uitdagingen beter het hoofd te kunnen bieden?
De impact van de activiteiten van mensen op het milieu en de watervoorraden in het bijzonder stapelt zich op en leidt tot een gevaarlijke spiraal. Er is een nieuwe aanpak nodig op basis van wetenschappelijke feiten zodat lokale en regionale overheden de beste beleidskeuzes kunnen maken. Zo’n aanpak vereist permanente samenwerking tussen lokale en regionale beleidsmakers en wetenschappers. Als voorbeeld noem ik met trots de samenwerking van mijn regio met professor Maciej Zalewski, directeur van het Europees regionaal centrum voor ecohydrologie (ERCE). Dat is het internationale instituut van de Poolse academie van wetenschappen dat de wisselwerking tussen water en ecosystemen bestudeert.
Vervolgens zijn er extra middelen nodig om meer voorlichting over duurzaamheid te geven, onze gemeenschappen bewuster te maken van het belang daarvan en om kennis en waarden te bevorderen die tot duurzame leefpatronen leiden. De digitalisering biedt burgers enorm veel kansen om zelf een bijdrage te leveren. Een goed voorbeeld is de onlangs via het project Amber (adaptief beheer van belemmeringen in Europese rivieren) ontwikkelde app met onder andere een populairwetenschappelijk programma om overheden, ngo’s en het publiek te betrekken bij het verzamelen en verspreiden van gegevens. Ook de Europese Green Deal biedt nu nieuwe kansen dankzij een coherente visie die stoelt op een solide interdisciplinair kader. Daarom ben ik optimistisch over de toekomst.
Opmerkingen:
Het ontwerpadvies over de geschiktheidscontrole van de kaderrichtlijn water en de richtlijn overstromingen van rapporteur Piotr Całbecki (PL/EVP) is in 23 EU-talen beschikbaar . Er zal tijdens de volgende vergadering van de commissie ENVE op 8 juni over worden gestemd. De vergaderdocumenten kunnen hier worden gedownload.
Een derde van het landoppervlak van de EU kampt met waterstress en waterschaarste vormt in veel lidstaten een probleem. De klimaatverandering leidt tot onvoorspelbare weerspatronen waardoor rekening moet worden gehouden met toenemende droogte en kwantitatieve en kwalitatieve zoetwatertekorten. Persbericht van het CvdR van 11/12/2018 over hergebruik van water voor de landbouw en het in stand houden van groene steden.
Contactpersoon voor de pers:
David Crous
Tel.: +32 (0) 470 88 10 37
david.crous@cor.europa.eu