In het huidige EU-beleid ligt de nadruk te eenzijdig op de technologische kant van innovatie en komt de sociale kant onvoldoende naar voren, aldus een advies dat het Europees Comité van de Regio's op donderdag heeft goedgekeurd. Daarin wordt sociale innovatie gedefinieerd als nieuwe ideeën die in co-creatie door burgers en lokale gemeenschappen worden ontwikkeld om tegemoet te komen aan sociale behoeften.
Europese lokale en regionale leiders beschouwen sociale innovatie als middel dat op verschillende beleidsterreinen toe te passen is om de kwaliteit van het leven van de inwoners van de EU te verbeteren. "Sociale en technologische innovatie vullen elkaar aan. Daarom zou de Europese Commissie een voortrekkersrol moeten nemen door sociale innovatie te ontwikkelen, kennis te delen en goede voorbeelden te verspreiden", zo verklaart rapporteur Marcelle Hendrickx (NL/ALDE), wethouder van de gemeente Tilburg.
In het advies wordt de Europese Commissie verzocht om van sociale innovatie een criterium te maken bij de aanvraag van Europese fondsen, fondsen en programma's open te stellen voor niet traditionele instituties of groeperingen en experimenteerruimte mogelijk te maken. De evolutie van het proces van sociale innovatie in de verschillende lidstaten zou met heldere indicatoren moeten worden beoordeeld. Het Europees Comité van de Regio's herhaalt ook zijn pleidooi voor vereenvoudiging van de regelgeving, met name op het vlak van het cohesiebeleid, om een meer innovatievriendelijk klimaat te scheppen.
Sociale innovatie betekent voor lokale en regionale overheden een open houding voor initiatieven en ideeën vanuit burgers, bedrijven, onderwijs- en kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties. In het advies worden de decentrale overheden opgeroepen tot leiderschap en coördinatie bij het verbinden van partijen, het aanjagen van goede initiatieven, het creëren van flexibele juridische kaders en het zorgen voor kennisdeling.
"Een goed voorbeeld van hoe sociale innovatie werkt, is de Proeftuin Dementie in Tilburg, Nederland. Daar werken bedrijven, onderwijs- en kennisinstellingen, verplegers én patiënten en hun families samen zodat patiënten langer en fijner thuis kunnen wonen. De technische innovaties die daarbij worden ingezet zijn ontwikkeld met deze verschillende groepen", aldus Hendrickx.
Contactpersoon:
Lauri Ouvinen
Tel.: +32 22822063
lauri.ouvinen@cor.europa.eu